Odin (White Goblin Games) – Ontwerper: Uwe Rosenberg – Illustraties: Dennis Lohausen – Spelers: 1-4 – Speeltijd: 30 – 120 minuten – Leeftijd: 12+ – Nederlands: ja – Verkrijgbaar: klik hier

Odin is uitgebreid besproken in aflevering 36 van de Speloptafel-podcast. Die vind je hier.

Films en strips (en sommige spellen) geven het beeld van de Vikingen van rovende, plunderende en moordende hordes die door heel Europa dood en verderf zaaiden. Maar dat is slechts een klein deel van de rijke historie van de Vikingen. Er werd gehandeld, ontdekt en gekoloniseerd. En dat staat centraal in Odin een reusachtig spel van White Goblin Games.

Doel: Bij Odin is het de bedoeling om goederen (bepaalde tegels, in verschillende vormen) te verzamelen en neer te leggen op het bord waar je dorp op staat. Op die manier moet je zoveel mogelijk minpunten zien af te dekken. 

Mechanismen: Worker-placenment, tegellegspel

Werkwijze: In Odin is iedere speler een hoofdman van een groep Vikingen. Die kunnen aan het werk gezet worden om goederen te verzamelen, kopen of zelfs te plunderen. Die goederen bestaan uit tegels en een deel van die tegels is goed genoeg, dat je ze mag neerleggen op je dorpsbord. Daar staan allemaal vakjes op en als bij een echt Tetris-achtig spel, passen daar meerdere tegels op. 

Aan het begin ligt er bijna niets op het bord en prijken er vooral grote hoeveelheden minpunten, die je in de loop van het spel moet zien weg te werken. Als je tenminste die keuze maakt, want er zijn tal van manieren waarom je in dit spel aan punten kan komen.

Dit artikel gaat verder onder deze advertentie

Centraal in het spel staat het ‘actiebord’. Dat is een enorm bord waar (bij 3 of 4 spelers) maar liefst zestig plekken op staat die overeenkomen met acties. Die zijn verdeeld in verschillende soorten acties, zoals handel, jagen, bouwen tot aan plunderen en emigreren. De simpeler acties kosten één werker, terwijl voor de zwaardere acties drie of vier werkers nodig zijn. 

Zoals bij bijna elk spel van Uwe Rosenberg moet je natuurlijk wel zorgen dat iedereen te eten heeft. En dus moet je zorgen dat je een deel van je oogst apart houdt of dat je in de loop van de ronde wat voedsel verzamelt, om je hongerige Vikingen te voeden. En elke ronde komen er meer Vikingen bij. Dat is fijn, zodat je makkelijker de zwaardere acties kunt kiezen. Maar aan de andere kant, leven die Vikingen niet van alleen maar zonlicht, dus ze zullen ook gevoed moeten worden. 

De goederen komen in vier verschillende kleuren: geel, rood, groen en blauw. En in die volgorde geldt ook de waarde. Alleen groen en blauw kunnen neergelegd worden op je bord, om delen af te dekken. Door de tegels goed neer te leggen, kun je je inkomsten en ook bonusgoederen binnenhalen.

Verder kunnen de spelers ervoor kiezen om gebouwen te bouwen, andere landen (zoals IJsland, Groenland en zelfs Newfoundland) te ondekken. Zowel bij gebouwen als nieuwe landen krijgt de speler er een extra bordje bij, met meer mogelijkheden om de goederen te plaatsen, maar ook met meer minpunten. 

Dit artikel gaat verder onder deze advertentie

Componenten: Om te voorkomen dat er een gigantische chaos ontstaat, komt Odin met speciale trays waar alle goederen een vaste plek hebben. Ze liggen dan ook op een vaste plek, met de goederen die ‘ge-upgrade’ kunnen worden in een juiste plek onder elkaar. 

Het is een forse en zware doos en dat komt natuurlijk door de grote hoeveelheid componenten, met borden, dozen, gebouwen en landen. De spullen variëren van zeer groot tot heel klein, zodat het af en toe wat priegelig wordt, met het toevoegen van bijvoorbeeld het geld op het bord. 

Interactie: Je zou misschien verwachten dat iedereen gewoon grotendeels bezig is met zijn of haar eigen dorp. Maar op het grote actiebord, kan elke actie maar één keer gevuld worden. Dat heeft tot gevolg dat je een geweldige reeks acties in gedachten hebt, maar dat andere spelers dat onmogelijk maken.

Verder kun je elkaar niet echt heel erg dwarszitten. Ondanks het gewelddadige imago van de Vikingen, is het bijvoorbeeld niet mogelijk om elkaar aan te vallen. 

Voor twee spelers is er een speciaal actiebord, waar minder acties op staan. Dat zorgt ervoor dat de ‘markt’ net wat krapper is en dezelfde schaarste optreedt, zoals bij drie of vier spelers. 

Oordeel: Zo, dat is een grote jongen. Zelfs met twee spelers kan een spel met twee spelers meer dan twee uur duren. En met vier spelers (inclusief uitleg) ging de speellengte op een gegevens moment ver voorbij de drie uur. 

Het grootste probleem van Odin is dat deze bij veel spelers overkomt als een zeer log en ingewikkeld spel. Maar in de basis is dat helemaal niet zo. Er zijn inderdaad heel veel acties, maar je hoeft niet precies elke uitwerking van de regels te weten, wil je met het spel beginnen. Na een ronde of twee speelt alles (en die term gebruik ik vaker) intuïtief weg.

Daarmee gezegd is het dus ook geen spel dat je even voor de ‘ongetrainde’ speler neerlegt. Wat ervaring, bijvoorbeeld met typische eurogames is wel vereist, omdat het anders, niet alleen voor die speler zelf, maar ook voor de anderen aan tafel, het anders wel een ellenlange avond wordt, waarbij de speler verzuipt in de mogelijkheden.

Voor de liefhebber is dat overigens wel het pluspunt van Odin: de mogelijkheden. Er zijn wel vier of vijf verschillende strategieën te bedenken om dit spel mee te spelen. Je kan gaan voor de koloniën, je kan zoveel mogelijk Vikingen laten emigreren. Je kan met handel aan rijdommen komen, maar roven is ook een optie.

Geluk speelt bij dit spel nauwelijks een optie. Je kan wat pech hebben met het jagen op dieren en walvissen (dat was toen nog heel normaal, toen waren ze nog niet bedreigd en het Greenpeace bestond nog niet), maar zelfs daarbij krijg je dan een deel van je werkers terug (geen voedsel verzameld => overwerken). Ook kan je net even geluk hebben met de occuptiekaarten (baankaarten) met een fantastische bonus, maar verder is het een euro die zo droog is als brood dat drie dagen op het aanrecht heeft gelegen.

De veelzijdigheid zorgt ervoor dat ik durf te zeggen dat dit spel van Uwe Rosenberg béter is dan Agricola, het spel dat de grote doorbraak betekende voor de Duitse euro-creator. Of’ie ook beter is dan is dan Caverna, die vaak in één adem wordt genoemd met Agricola, dat durf ik niet te zeggen. De overeenkomsten zijn duidelijk. De rauwe randjes zijn er wel een beetje af. Het is niet zo meedogenloos als je de mensen niet kunt voeden.

Binnenkort komt White Goblin Games met een uitbreiding: de Noren. Ik hoop dat ze opschieten met de vertaling.

Door Redactie

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *