Producent: Iello
Maker: Saashi
Illustratie: Monsieur Z
Spelers: 2-5
Tijd: 20-40 min
Nederlands: nee
Verkrijgbaar: Klik hier
Een wereldstad als Parijs of Rome ga je natuurlijk niet volledig te voet ontdekken. Daar gebruik je de metro voor! Maar die moet er dan wel eerst komen. En daar kom jij om de hoek kijken!
Het spel Get on Board is een reïmplimentatie van het Japanse spel Let’s make a bus route. En in het origineel Get on Board (Londen/New York) ging het inderdaad ook om bussen, maar in deze versie duik je onder de grond.
DOEL: Maak een metronetwerk, neem onderweg zoveel mogelijk mensen mee en zet ze af op de gewenste locaties.
MECHANISMEN: Flip-and-write
WERKWIJZE: Het speelbord bestaat uit een stratenplan van Rome (2-3 spelers) of Parijs (4-5 spelers). Op de kruisingen staat mensen (touristen, studenten, oma’s, etc) of er staan belangrijke gebouwen (hotels, operagebouwen, bioscopen, metrostations). Iedere ronde wordt een kaartje gedraaid en dat komt overeen met een mogelijke beweging. Zo kan metrokaartje 1 overeen komen met twee stappen (vooruit of met een bocht) en metrokaartje 5 kan inhouden dat je een U-bocht maakt of een S-bocht. Afwijken is mogelijk, maar wel met puntaftrek.
De metrolijn is één rechte slang, wat inhoudt dat waar je eindigt je de volgende ronde ook weer verder moet. En je mag elke kruising maar één keer gebruiken. Iedereen die je op je route tegenkomt, wordt afgekruist op je scoreformulier.
Sommige gebouwen zorgden voor scoremomenten. Zo willen de toeristen graag langs een museum of operazaal en studenten willen graag langs de bioscoop. Daarnaast heeft iedereen een persoonlijke routekaart waarbij plekken met elkaar verbonden moeten worden. En ook zijn er publieke doelen, zoals ‘heb als eerste vijf oma’s in je metro’.
De metro’s bestaan uit kleine houten strookjes, die op het speelbord gelegd worden. Als er al een houten strookje ligt, dan is het een drukke lijn en krijgen de passagiers de kans om over te stappen. In het eerste deel, Londen/New York, leverde dat minpunten op, want dan konden de bussen niet door het drukke verkeer komen. Maar in Rome/Parijs is het een juist een bonus.
Componenten: Het spel is vrij compact en heeft niet veel onderdelen. Het invulformulier lijkt aanvankelijk heel druk, maar met de juiste regelkennis is het eigenlijk vrij overzichtelijk. Het bord heeft een hele specifieke artwork (je moet ervan houden).
Interactie: De interactie in het spel is niet al te groot. Alleen met de drukke lijnen krijg je iets met elkaar te maken. Ook kan iemand je te vroeg afzijn met de publieke doelen. Verder hebben de spelers compleet geen effect op elkaars spel.
Oordeel: Get on Board is een van de betere flip-and-writes van het afgelopen jaar. Het is opmerkelijk dat ze met wat kleine omzettingen toch weer een versie hebben gemaakt, die net genoeg afwijkt van de vorige Get on Board-versie.
Voor mensen die de nodige flip-and-write-spellen gespeeld hebben biedt deze versie genoeg diepgang, uitdaging en afwisseling. Erg moeilijk is het spel niet. Het gevaar dat je je eigen netwerk kruist (en daarmee dus verliest) is nooit echt heel groot en dus is de aandacht vooral gericht op het behalen van punten.
De variatie is door de verschillende opdrachten niet zo bijster groot, maar bij een spel dat 20 tot 40 minuten duurt, is dat ook niet echt nodig.
Een bespreking van het spel zit ook in de dertiende aflevering van de Speloptafel-podcast