PRODUCENT: Chilifox Games
MAKER: Vegard Eliassen Stillerud, Eilif Svensso, Asmund Svensson
ILLUSTRATIES: EODEgroup
NEDERLANDS: Nee
VERKRIJGBAAR: Klik hier
Heb je het altijd al eens willen weten hoe het is om Pinkpop of Rock Werchter te runnen? Heb je wel genoeg artiesten? Komt er wel genoeg publiek op je festival af? En is de festivalcamping wel groot genoeg? En hoe zit het met de inkoop van bier? Met al die zaken hou je je bezig in Come Together.
DOEL: Bij dit spel is het de bedoeling om het meest succesvolle meerdaagse festival op poten te zetten. Artiesten moeten een podium, hebben, publiek, pubiciteit en tal van andere zaken. Maar wees niet bang, het is geen zwaar economisch spel (alhoewel het zich daar prima van zou lenen). Het is meer een kruising tussen een worker placement en clever. Maar dan met speed op. Ach, dat past wel weer een beetje bij het thema.
MECHANISMEN: drafting, worker placement
WERKWIJZE: Het spel bestaat uit drie festivaldagen. Tijdens die drie dagen heb je tien vrijwilligers min of meer tot je beschikking. Die kan je op vier sporen inzetten: camping, artiesten, publiek en podia. Maar die kaarten kosten soms meer dan andere. Soms moet je meerdere vrijwilligers inzetten om een kaart te krijgen.
Wat dit spel apart maakt is dat je niet direct deze kaart tot je beschikking hebt. Je krijgt wel een kleine bonus, maar je moet nog even wachten op de kaart. Die krijg je pas nadat een van de vier sporen wordt geactiveerd. Dan worden alle kaarten uit de rij, die gekozen zijn, gepakt door de speler die daar werkers heeft neergezet. De vrijwilligers gaan (nog) niet terug naar de speler, maar komen uit in de hippiebus (vaak wordt er dan een grap gemaakt over geestverruimende middelen).
Met de activering van een van de vier gebieden, krijgen de spelers ook de kans om vooruit te gaan op het radio-, televisie- en krantenspoor. En bij het vooruitgang op het spoor komen er andere beloningen om de hoek kijken.
Als er zes gebieden zijn geactiveerd dan is het tijd voor de optredens. Artiesten treden alleen op als er genoeg publiek is. Maar elke artiest spreekt een bepaald publiek aan, van de zwarte rock-meeples, tot de bruine country-liefhebbers. Maar als dat publiek er niet is, dan weigeren de artiesten op te treden. Elke ronde speelt ook het kranten-spoor een belangrijke rol. Want als je op dat vlak niet genoeg progressie hebt gemaakt, dan krijg je vette minpunten.
Optredens leveren vervolgens punten op. Sterren leveren uiteraard meer punten op dan plaatselijke talenten. Aan het einde van het spel levert het aantal personen dat op de camping is overgebleven ook nog eens een bonus op.
COMPONENTEN: Het meest opvallende onderdeel van de spel zijn de artiestenkaarten. Daarbij zijn namen van spellen verbasterd tot artiestennamen, zonder al te melig te worden. Dan kan je denken aan Tina Towns en 4 Wonders (met een plaatje, dat verdraaid veel gelijkenis vertoond met de Beatles).
De artwork straalt echt een jaren ‘60-vibe uit, waarbij de flower-power je echt tegemoet komt.
Thematisch begint dit spel vooral te stralen. Uiteraard is het geen festival-simulatie, maar voor een buitenstaander lijkt het er echt op alsof alle componenten voor een festival aanwezig zijn. Alle besluiten zijn thematisch uit te leggen.
MOEILIJKHEIDSGRAAD: Doordat je de kaarten niet direct in handen krijgt, zodra je je werkers inzet, voelt het spel niet altijd even intuïtief aan. Het duurt voor de doorgewinterde speler ook even een paar ronden voordat alles helemaal op zijn plaats valt. Als dat eenmaal gebeurd is, dan speelt het spel zeer prettig weg. Het spel speelt vrij vlot, maar het einde van de ronden kost wel wat moeite. Gelukkig helpt de player-aid genoeg om het toch goed voor elkaar te krijgen.
HERSPEELBAARHEID: Het spel biedt genoeg mogelijkheden om lang interessant te blijven. Niet alleen zijn er verschillende einde-ronde score-mogelijkheden, maar er zijn ook andere festivals, die net weer andere sporen hebben. Dat lijkt net een klein verschil, maar het zorgt ervoor dat het spel net heel anders speelt.
INTERACTIE: Voor een worker-placement is het een spel dat bruist met interactie. Om de haverklap zet iemand zijn of haar werkers bij de kaart waar jij je zinnen op hebt gezet. Op andere momenten activeert een andere speler een van de gebieden nét iets te vroeg. En probeer het dan nog maar eens over Peace, Love en Happiness te hebben.
OORDEEL: Come Together is een zeer welkome variatie op de gebruikelijke worker-placement spellen. Je bent lang vooruit aan het plannen, terwijl je ook nog rekening moet houden met het feit dat anderen er ook nog met jouw keuzes vandoor kunnen gaan. Vooral omtrent de verschillende sporen rond radio-, tv- en krantenpopulariteit krijg je heel vaak het idee alsof je bezig bent met een potje Clever. Elke stap op het ene spoor, zorgt ervoor dat er op een ander spoor ook iets gebeurt. Je kan het zien als Clever, maar dan
thematisch.
Het thematisch aspect is ook het meest aantrekkelijke onderdeel van het spel. Omdat alles klopt (een te kleine camping zorgt ervoor dat je je publiek niet kwijt kan en zonder publiek willen de artiesten ook niet optreden) wordt je het spel ingezogen. En als je na drie ronden eindelijk alles een beetje onder controle hebt, is het alweer afgelopen.